We herkennen het vaak niet maar onze wereld bestaat uit denken.

We kunnen als mens alleen maar iets waarnemen omdat we kunnen denken. Als we niet zouden kunnen denken zouden we niks kunnen waarnemen. Waarnemen vereist mentale activiteit (denkactiviteit).
Denken maakt dat er vanuit het niets, ineens iets is. Denken maakt dát we iets waarnemen, wát we waarnemen en hóe we het waarnemen. Denken bepaalt wat we ervaren.


Als we niet zouden kunnen denken, zou er geen groot en geen klein zijn.
Als we niet zouden kunnen denken, zou er geen warm en geen koud zijn.
Als we niet zouden kunnen denken, zou er geen goed en geen kwaad zijn.
Als we niet zouden kunnen denken, zou er geen jij en geen ik zijn.
Als we niet zouden kunnen denken, zou er geen onderscheid zijn.
Als we niet zouden kunnen denken, zou er geen afgescheidenheid zijn.
Als we niet zouden kunnen denken, zouden er geen problemen zijn.
Als we niet zouden kunnen denken, zouden jij en ik altijd helemaal oké zijn.

Als mens zijn we denkende wezens; denken hoort bij ons leven.
Als mens is er ook de mogelijkheid om het denken te doorzien.
Als mens is er de mogelijkheid om de illusie, die door de kracht van het denken gecreëerd wordt, te doorzien.

Waardoor het leven anders ervaren kan worden.
Waardoor het leven, met al zijn ups en downs, lichter kan worden, liefdevoller kan worden, gemakkelijker kan worden.

Omdat er eigenlijk alleen maar geleefd hoeft te worden.
Het leven alleen maar beleefd hoeft te worden.
Ook al lijkt het (ook al DENKEN we) anders.
Ook al lijkt het, door de kracht van het denken, anders.